słownik polsko - niderlandzki

język polski - Nederlands, Vlaams

okno po niderlandzku:

1. het raam het raam


Kan jij het raam even sluiten?

Niderlandzkie słowo "okno" (het raam) występuje w zestawach:

5/3 Een gezellig huis
Wszystkie słówka
Slowka holenderski
strona 24-30
Niderlandzki moduly

2. venster venster


Geef mij maar een zetel bij het venster, a.u.b.
Het is hij, die het venster gisteren gebroken heeft.
Wie heeft dit venster gebroken?
Wilt ge zo goed zijn het venster te sluiten?
In de zomer slaap ik altijd met het venster open.
Gebruik niet deze tafel bij het venster.
Hij laat altijd het venster open als hij slaapt.
Ze opent het venster.
Moet ik het venster open doen?
Hebt ge het venster opengelaten?
Als ik bij het venster zit word ik misselijk.
Ik hoor een kat aan het venster krabben.
Ze vroeg mij het venster te openen.

3. raam raam


Mag ik het raam opendoen?
De stoel is niet dicht bij het raam.
Denk je dat hij de vent is die het raam heeft gebroken?
Hij heeft expres het raam gebroken.
Sluit het raam om te voorkomen dat je kou vat.
Ken je het meisje dat aan het raam staat?
Afgelopen zondag was het eerste advent en hebben we de adventster voor het raam gehangen.
Liever met je hoofd door de muur dan helemaal geen raam!
Ik vroeg Tom het raam te openen.
's Nachts zet ik mijn paprikaplantjes bij het open raam, zodat ze een beetje kunnen harden voor ik ze buiten poot, want ze hebben nu nog zulke dunne steeltjes.
Doe het raam op slot voor je naar bed gaat.
Doe het raam open, alstublieft.
Het was gisteren dat ik per ongeluk het raam brak.
Door op deze knop te drukken zal het raam automatisch openen.
Hij sprong het raam uit.